Boek – The deepest well

Boekrecensie
Ingrijpende jeugdervaringen en gezondheidsproblemen.
Het helen van langetermijn effecten van adverse childhood experiences (ACE’s)
Nadine Burke Harris

Oorspronkelijke titel: The Deepest Well

Kinderarts dr. Burke Harris gaf in 2015 een TedX lezing die al meer dan 3 miljoen keer bekeken is: https://youtu.be/95ovIJ3dsNk

Over dit verhaal gaat ook haar boek The Deepest Well uit 2018 dat nu dat jaar ook in het Nederlands verscheen. In het boek beschrijft dr. Burke haar persoonlijke verhaal doorspekt met voorbeelden van haar patiënten. Ze vertelt over haar ervaringen als kinderarts in een arme wijk in San Francisco en hoe ze een onderzoekscentrum weet op te richten, hoe ze fondsen wierf en welke onverwachte tegenstand ze onderweg tegenkwam. Haar onderzoekscentrum onderzoekt het verband tussen jeugdtrauma’s van kinderen en het effect daarvan op hun gezondheid op lange termijn.

Wat zij onder trauma’s verstaat zijn de zogenaamde ACE’s. ACE is een begrip dat zij tegenkwam in een statistische bevolkingsstudie, OPZ. Het is een lijst van ingrijpende zaken die een kind kunnen overkomen: van een ouder met een psychiatrische stoornis, verslaafde ouders, het getuige zijn van een schietpartij, een levensbedreigende ziekte doormaken, uit huis of land gezet zijn, emotioneel verwaarloosd zijn: De hele lijst van Adverse Childhood Adversities (ACE) staat achterin het boek en staat ook online.

Haar statistische studie deed niets anders dan turven: het waren geen diepgaande interviews met kinderen of volwassenen over wat ze hadden meegemaakt in hun jeugd: nee het was een lijst met alle mogelijke ACE’s en men vinkte gewoon aan ja/nee. Uit de studie bleek dat statistisch gezien mensen met meer dan 4 ACE’s niet alleen meer kans hebben op de bekende zaken waar mensen met een ongelukkige jeugd nu eenmaal vaker last van hebben zoals: verslaving, depressie, angststoornissen etc.: maar ook dat meer dan 4 ACE’s significant samenhangt met lichamelijke zaken zoals meer kans op kanker, meer kans op auto-immuun ziekten, meer kans op schildklierproblemen, allergieën, etc. Vier of meer ACE’s geeft ook 37% meer kans op adhd (althans op die diagnose).

Gaandeweg verzamelt ze onderzoeken die elk vanuit hun eigen specialiteit op onderdelen inhoudelijke verklaringen vinden voor dit onverwachte verband. Burke’s 2 verdiensten:

  1. Verzamelen van onderzoeken die biologisch verklaren hoe het verband tussen stress respons en lichamelijke gezondheid precies verloopt.
  2. Ze start de methode waarbij de ACE vragenlijst ook als intake wordt gebruikt bij haar eigen patiëntjes. Dit vindt daarna ook navolging bij enkele andere instituten.

Eerst leek het me nogal onzinnig om ouders van een astmatisch kind een vragenlijst te geven waar ze alleen op aanvinken hoeveel ACE’s hun kind heeft meegemaakt zonder op het verhaal in te gaan. Maar doordat het boek doorspekt is met praktijkcasussen waarbij deze methode toch echt werkt in haar praktijk raakte ik toch overtuigd. Als een arts namelijk weet dat een kind een andere stress respons heeft hoeft deze niet zelf inhoudelijk in het zware verhaal te duiken maar verwijst dat deel door naar een psycholoog of pedagoog of bv maatschappelijk werk. Voor de arts is het beter zich te concentreren op de medische klachten, maar deze weet dankzij de ACE score wel of er sprake is van een gestreste biologie en kan in dat licht beter naar de klachten kijken. Ze noemt voorbeelden van gestopte groei, adhd, astma, schildklierproblemen en auto-immuunziekten. Door ook iets te doen met de onderliggende ACE’s heeft de behandeling van het medische probleem aantoonbaar meer effect, zo is haar ervaring.

Het idee achter het gewoonweg tellen van ACE’s is ook dat een kind van 1 trauma nog wel herstelt, maar niet van daarbovenop nog een en nog een: pas na meerdere ingrijpende ervaringen op elkaar gaat het biologische systeem over op een chronische verandering.

Voor KindvanAuti is het onderwerp emotionele verwaarlozing van belang in het boek. Dit is genoemd als slechts een van de ACE’s. Maar Burke zegt ook: bij een incident is de troost van de ouder hetgeen dat de stressrespons bij het kind kan uitzetten. Een gezonde emotionele band tussen ouder en kind zorgt ervoor dat CPTSS (Childhood Post Traumatic Stress Disorder) minder voorkomt. Zonder die troost gaat de stressrespons door. Kleine kinderen kunnen hun stressrespons zelf niet uitzetten, dat gebeurt via de troost van de ouders. Zonder die troost zijn er meer lange termijn gevolgen. Niet alleen ontwikkelt het kind dan vaker een post traumatische stress syndroom, maar het heeft statistisch ook meer kans op lichamelijke ziekten zoals kanker, een beroerte, zaken die voorheen helemaal niet aan stress gekoppeld werden.

Voor KindvanAuti is ook het hoofdstuk ‘’Lik je jongen’’ interessant. In het hele boek komen geen kinderen van autisten voor, maar wel een moeder met ‘’flat affect’’ (geen emotie) door een postnatale depressie, en moeders en oma’s die zelf in de overleefstand staan wegens depressie, schulden of hun eigen trauma’s waardoor ze niet kunnen intunen op hun kinderen. En dus ook niet de nodige troost bieden. Over dit onderwerp is er een beroemd onderzoek gedaan dat het effect van troost meetbaar maakt. Omdat men dit soort experimenten niet met mensen mag doen, deed men het  met ratten. Rattenjongen die weinig gelikt worden door hun moeder doen het minder goed op tests en zijn angstiger dan jongen die wel vaak gelikt worden en ze likken later hun eigen jongen ook weinig. Maar als gestresste jongen stiekem worden teruggezet bij een moeder die juist wel likt, dan blijkt hun stressniveau ineens te dalen. En omgekeerd blijven jongen van een likmoeder na een stresservaring gestresst als ze bij een niet-likmoeder worden gezet. Het gaat dus niet om een aangeboren reactie op stress bij de jongen, maar om het gedrag van de moeder.

Recensie Harvard digitale publicaties

Harvard Centre for Child development

The Sciences of Neglect