Digitale themavraag – Schuld- en schaamtegevoel over hoe je leven er uit ziet

Kind van Auti

Deze vraag stelden we in december 2021 via de nieuwsbrief.
Hieronder de reacties op deze vraag.

Reactie 1

Schuld- en schaamtegevoel over hoe je leven er uit ziet.

Over hoe mijn leven er nu uitziet voel ik geen schaamte, maar eerder trots: ondanks alle ellende uit mijn eigen jeugd zijn mijn kinderen uitgegroeid tot fijne ouders voor hun eigen kinderen.

Ook voel ik geen schaamte over mijn gevoelens voor mijn eigen (overleden) autistische ouders. Zeker, ze hebben oprecht hun best gedaan. Maar het resultaat was voor mij een ramp: ik ben er bijna onderdoor gegaan. Het heeft ertoe geleid dat het me niet lukt om warme gevoelens naar ze te hebben. Ik ben al blij dat ik geen afschuw meer voel als ik aan ze denk. Een band voel ik wel: een bloedband, en die voelt onverbrekelijk. Vanwege die bloedband hebben mijn ouders het toch maar opgebracht om voor ons te zorgen, ook al moet dat door hun autisme een helse opgave zijn geweest.

 “Het is toch je vader/ je moeder”

Helaas meent de buitenwereld telkens weer op mijn schuldgevoel te moeten werken. De verwijten die ik vroeger van mijn ouders kreeg, die krijg ik nu van anderen. Ik word geacht om van mijn ouders te houden. En ik word geacht om ze vreselijk te missen nu ze overleden zijn (terwijl het juist voelt als een verlossing van een veel te zwaar juk).

Ik word geacht om dankbaar te zijn voor het leven dat ze aan me doorgaven. Dat hebben ze inderdaad gedaan: ze gaven een loodzwaar leven aan me door, waar ik net niet aan bezweek. Maar ben ik daar blij mee? Het is een levenslang gevecht om me te bevrijden van de gevolgen van die verknipte jeugd. Ik ben een soort van blij dat me dat lukt, – dat wel. En dat het leven voor mijn kinderen wat minder zwaar is, – dat ook. Maar is dat genoeg om blij te zijn met dit leven? Ik heb het nu eenmaal en ben bereid de beker tot de bodem leeg te drinken. Maar het zou fijn zijn als de buitenwereld daar waardering voor had: dat ik het niet opgeef en gewoon vastberaden verder knok.

Zo vaak werd me te kennen gegeven dat ik me moet schamen dat ik het onderwerp ouders meestal maar links laat liggen.

Het lijkt wel of alleen lotgenoten in staat zijn om te bevatten hoe mijn jeugd er uitzag en te waarderen hoe ik probeer om ondanks alles positief te blijven.

Reactie 2

Schuld- en schaamtegevoel over hoe je leven er uit ziet

Sinds ik weet dat er hoogstwaarschijnlijk autisme zit in de familie en mijn gezin van herkomst, komt er in mij een enorm gevoel van schaamte op als ik contact heb met mensen die ik een tijd niet gezien heb en ik ken van voor de ontdekking. Alsof ik me moet schamen voor de weg die ik heb afgelegd, voor de gewoontes en gebruiken die ik mezelf heb aangeleerd om me staande te houden. Om iemand die ik was, waarvan ik niet wist dat ik was. Voor de ontdekking die ik gedaan heb. Voor mijn gezinsleden. Voor datgene wat niet gezien mocht worden en ik toch zag. Vergelijkbaar met wat je nu bij The Voice vrouwen ziet die nu naar buiten treden met hun verhalen. Wat is dat toch dat slachtoffers zich schamen voor hun situatie, terwijl de grensoverschrijdingen niet door hen begaan zijn?

Ik merk dat ik na een hele lange periode van in mezelf keren om mijn verleden te onderzoeken, opnieuw te beleven, ik moeite heb om mensen uit het verleden onder ogen te komen, zonder dat ik überhaupt vertel wat er gebeurd is. Nee, gewoon zo al. Moeite om met opgeheven hoofd door het leven te gaan na de ontdekking. Mijn leven in een nieuwe persoon als ‘kindvan’ opnieuw vorm te geven. Verstandelijk weet ik dat schaamte woede tegen het zelf is. De woede die is overgedragen door de grensoverschrijding, blijft niet bij de impact alleen, maar krijgt een soort Gestallt in je waardoor je jezelf kwalijk neemt dat je slachtoffer was van iemand of een situatie. Ik vind dat ik mezelf had moeten beschermen, daarom ben ik boos op mezelf en dus schaam ik me. Maar ik kan beter zeggen: ik vind dat iemand mij had moeten beschermen als baby en als kind, maar niemand deed dat. Niemand zag wat er aan de hand was, ook niet de mensen die ik later om hulp vroeg.

Ik schaam me dat ik zoveel energie en tijd heb moeten spenderen aan het reconstrueren van mijn verleden. Kostbare tijd die ik anders had kunnen en vooral had willen gebruiken in dit leven. Ik merk dat ik mezelf vergelijk met een leeftijdsgenoot die 3x bij een psycholoog is geweest en waarna haar hele leven als puzzelstukjes in elkaar valt. Partner, kindjes en ze leefde nog lang en gelukkig. Hoe is dat te vergelijken met mijn leven? Een zoektocht van ruim 40 jaar naar de kern van het probleem? En dan ben ik er nog niet, want hoe ga ik om met mijn familieleden na de ontdekking? Als er nog een omgang mogelijk is? Ik heb het gevoel alsof ik een diep familiegeheim met me meedraag. Ik heb moeite om mijn leven te accepteren zoals het is, een kindvan en zusvan te zijn. Daarom schaam ik me. Al mijn energie is gaan zitten in het begrijpen, reconstrueren, doorgronden, doorvoelen, in mezelf keren omdat anderen alleen maar ruis op mijn radar bleken te zijn. Een gezonde dosis narcisme was nodig om te kunnen helen, aandacht voor mezelf dat bovendien altijd streng veroordeeld werd door mijn auti-ouder. Godzijdank heb ik nog een eigen radar, heb ik nog een eigen kompas, dat ik heb moeten uitgraven onder al die puin die op mij is gestort. Ik kon mezelf niet verdedigen. Ik was een kikker die langzaam opgewarmd werd in een pan op het vuur vanaf dag één van mijn leven. Om op een dag tot de ontdekking te komen dat ik volledig verstijfd ben en op sterven na dood, maar niet weet hoe ik mijn spieren moet mobiliseren om alsnog uit het water te springen. Want waar zit ik in en hoe zet ik mij daartegen af? Na jaren ben ik toch gesprongen, toen ik de ontdekking deed, maar nog is mijn hele lijf zo stijf en vol spanning. Altijd in afwachting wanneer ik de volgende klap ga krijgen.

De schaamte is dezelfde stem als mijn auti-ouder die me kwalijk neemt dat ik iets niet goed heb gedaan. Dat ik alleen maar aan mezelf denk en niet aan mijn auti-ouder.

De schaamte is een smeltkroes van stemmen die niet van mij zijn, maar hun boodschappen zitten nog wel in mij. Boodschappen die ik heb ontvangen over mezelf die destructief waren, omdat ze niets te maken hadden met mij maar wel labels op mij plakten. En al die boodschappen bij elkaar vormen een rommelig en verwarrend beeld van mezelf van binnen. Een onecht of vals zelfbeeld. Ook weer iets waar je je voor moet schamen. Je hebt je zaakjes niet op orde…

Er valt niks te schamen. Als kind was ik onschuldig.